We beschikken tegenwoordig over een assortiment doeltreffende therapeutische hulpmiddelen om dyslipidemieën te behandelen. Toch stellen we in de dagelijkse klinische realiteit teleurstellende resultaten vast omdat we er enerzijds te weinig gebruik van maken en anderzijds omdat de therapietrouw van de patiënten aan de huidige behandelingen te wensen overlaat. Prof. dr. Philippe van de Borne (ULB Erasme) stelde ons in het kader hiervan een 'call to action' voor.
Redactie TM
Hoewel de behandeling van deze dyslipidemieën een sleutelelement is in de cardiovasculaire preventie, geven de gegevens van de observatiestudie Da Vinci aan dat te weinig patiënten met hypercholesterolemie de in de guidelines van de ESC/EAS 2019 aanbevolen streefwaarden bereiken. Zelfs in de secundaire preventie bereikt minder dan 20% de aanbevolen LDL-cholesterolwaarden.1 Hoe komt dat? Een deel van het antwoord is te vinden in het feit dat veel patiënten geen behandeling krijgen, of alleen een monotherapie, wat onvoldoende is. Zo wordt in de secundaire preventie de meerderheid van de patiënten behandeld met een statine van matige intensiteit (50,5%) of met een statine van hoge intensiteit in monotherapie (36,4%). Slechts 8,3% van de patiënten kreeg een combinatietherapie met ezetimibe.1
Zoals professor van de Borne benadrukt, "is dat een beetje paradoxaal omdat we nu talrijke hulpmiddelen in ons therapeutisch arsenaal hebben die ons in staat stellen om zeer doeltreffende combinaties te maken. Met al deze geneesmiddelen zouden de lipiden niet veel weerstand meer mogen bieden!". (Tab. 1)
"Voor een groot deel van onze patiënten in het echte leven is het noodzakelijk om krachtig in te grijpen in het licht van hun basis-LDL-C-waarde en de te bereiken streefwaarde. Alleen een statine, zelfs één van hoge intensiteit, volstaat niet. Therapeutische escalatie in optimale omstandigheden op het vlak van veiligheid en tolerantie, is een must", legt prof. van de Borne uit. "Het eerste dat we moeten doen, is wennen aan het gebruik van deze nieuwe moleculen".
De therapietrouw optimaliseren
Ook aan de kant van de patiënten kunnen we de situatie verbeteren, voornamelijk door te streven naar een betere therapietrouw aan de voorgeschreven behandelingen. Zoals bij talrijke chronische aandoeningen is de naleving laag voor hypercholesterolemie (< 50%).2 "Na een cardiovasculair event zijn de patiënten zich meer bewust van het probleem en volgen ze de behandeling beter op, maar hun naleving neemt snel weer af", aldus Philippe van de Borne. Drie maanden na het cardiovasculaire event neemt nog 61% van de patiënten 80% van zijn behandeling. Na 6 maanden is dat nog slechts 55%.3
In Europa kunnen we ervan uitgaan dat slechts 1 op de 3 patiënten zijn behandeling met een statine en/of ezetimibe trouw en correct inneemt.3 "Het is een groot probleem in de context van de cardiovasculaire bescherming van al onze patiënten. Maar het is ook een probleem voor de hele maatschappij, wanneer we de impact evalueren van de slechte therapietrouw aan cholesterolverlagende behandelingen op de cardiovasculaire events op de schaal van een land", gaat prof. van de Borne verder. "Zo wordt de kostprijs van de medische producten en diensten voor de behandeling van infarcten die zijn toe te schrijven aan een gebrekkige therapietrouw bij hypercholesterolemie geschat op +/- 1,4 miljoen euro per jaar". 2
Wat kunnen we doen om deze therapietrouw te optimaliseren? Volgens prof. van de Borne: "Het magische hulpmiddel is een gemotiveerde, overtuigde en overtuigende arts. Ten eerste moet u eraan denken om de patiënt te vragen of hij zijn geneesmiddel correct inneemt. U zult soms verbaasd zijn over de antwoorden. Verder moet u optimistisch blijven en ervan overtuigd zijn dat we de situatie kunnen verbeteren." In alle gevallen maakt de keuze voor goed verdragen geneesmiddelen zonder slechte reputatie, die bovendien gemakkelijk in te nemen zijn, het mogelijk om de therapietrouw te verbeteren.
Bij wijze van conclusie wijst professor van de Borne nog op het belang van de overtuigingskracht van de arts om zijn patiënten 'op te voeden' tot meer betrokkenheid bij hun gezondheid en preventie. Maar hij benadrukt ook de rol van de arts in de keuze van behandelingen die bevorderlijk zijn voor een maximale therapietrouw.
Naar een presentatie van professor Philippe Van de Borne op het satellietsymposium: " Therapeutische inertie en therapieontrouw bij dyslipidemie: tijd voor actie! " gesponsord door Daiichi-Sankyo in het kader van het Cardioscopie 2023-congres.
1. van de Borne P. and al. Acta Cardiol. 2022 Apr 20:1-10.
2. IMS Health Longitudinal Patient Database
3. V. Barrios et al., Lipid management across Europe in the real-world setting: a rapid evidence review. Current Medical Research and Opinion, DOI: 10.1080/03007995.2021.1973396.
BEM/23/0706 Datum laatste herziening: augustus 2023.