De dagelijkse medische actualiteit voor Belgische artsen en apothekers.
“Er wordt al twintig jaar vruchteloos gepraat over de hervorming van de ziekenhuisfinanciering, maar nu beseft men wel overal dat het zo niet langer kan”. Dat zei prof. Jan De Maeseneer deze week op TV1.
“Het uitgangspunt is eenvoudig, de financiering van de ziekenhuizen gezond maken, maar het dossier loopt al twintig jaar vast”, aldus de professor. En dat geldt ook voor de vergoeding van artsen. “De loonverschillen tussen artsen zijn in België ontzettend groot. Maar op een bepaald moment moet je kunnen zeggen: dit is de honorariummassa - en voor mij kan die blijven zoals ze is - en we gaan die opnieuw verdelen", zegt professor Jan De Maeseneer, professor huisartsengeneeskunde aan de UGent. In de praktijk betekent dit dat sommige artsen onvermijdelijk zullen moeten in leveren. Volgens De Maeseneer hebben steeds meer jonge artsen er bijvoorbeeld geen probleem mee dat ze in loondienst in een ziekenhuis zouden werken.
Hij wenst de minister een ‘moonshot’. “Het is geen eenvoudige opdracht, maar ik hoop dat het lukt. We moeten vanuit de overheid een plan kunnen maken om een belangrijke doelstelling te realiseren: onze gezondheidszorg betaalbaar, toegankelijk en kwaliteitsvol te houden.”
In een nota omschrijft de minister zijn plannen voor de honoraria als volgt: “Het verloningssysteem van de artsen is zeer verstrengeld met de financiering van de ziekenhuizen. Ook dat pakken we grondig aan. We hervormen de zogenaamde nomenclatuur, waarin vastgelegd is wat een arts voor welke handeling mag aanrekenen. Het gaat om een titanenwerk, waar wetenschappelijke equipes de komende 3 jaar mee bezig zullen zijn.
Zij zullen het professioneel gedeelte van het werkingsgedeelte onderscheiden, wat heel belangrijk is voor de herziening van de financiering van de ziekenhuizen. Maar ze zullen hiernaast ook de ‘zwaarte’ van elke medische handeling objectiveren. Ze zullen nagaan wat de complexiteit, duurtijd en vereiste expertise van een bepaalde medische handeling is en dit afwegen ten opzichte van andere medische handelingen. Op die manier gaan we heel objectief en rechtvaardig kunnen inschatten wat een gynaecoloog bijvoorbeeld moet verdienen voor een normale bevalling; en wat voor een keizersnede; en wat een chirurg moet krijgen voor een hartoperatie en een psychiater voor een raadpleging. We zullen dit studiewerk tevens kunnen gebruiken om bijvoorbeeld een betere vergoeding voor multidisciplinaire samenwerking; langdurige opvolging van een patiënt of continuïteit van de zorg te voorzien. Vandaag financieren we meestal elke medische handeling apart. Zoveel euro voor deze operatie, zoveel euro voor deze consultatie, zoveel euro voor dit onderzoek. Dat is nog logisch voor de betaling van acute zorg. Maar niet perse voor de zorg voor chronische patiënten.”
https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2022/01/31/plan-hervorming-ziekenhuizen/