De dagelijkse medische actualiteit voor Belgische artsen en apothekers.
Tijdens de UEG Week 2025 is een pioniersstudie gepresenteerd die leert dat microplastics het humane intestinale microbioom kunnen verstoren en dat die veranderingen gelijken op wat wordt gezien bij patiënten met een depressie of colorectale kanker.
De studie is uitgevoerd in het kader van het microONE-programma, dat wordt gecoördineerd door het researchcentrum CBmed. Het is de eerste studie die direct de interactie van verschillende soorten microplastics op het humane microbioom heeft onderzocht. Uitgaande van stoelgangsmonsters van vijf gezonde vrijwilligers, hebben de vorsers het microbioom ex vivo in cultuur gebracht en het daarna blootgesteld aan vijf soorten microplastics (polystyreen, polypropyleen, polyethyleen, PMMA en PET) in concentraties vergelijkbaar met de concentraties waaraan de mens wordt blootgesteld.
De pH van de behandelde culturen was significant lager, een teken van verandering van het bacteriële metabolisme, en tevens hebben de vorsers significante veranderingen van de bacteriële samenstelling vastgesteld, met name van de families Lachnospiraceae, Ruminococcaceae en Enterobacteriaceae. Die afwijkingen gingen gepaard met verschillen in de geproduceerde organische zuren zoals valeriaanzuur en lysine.
Volgens Christian Pacher-Deutsch, de hoofdauteur van de studie, zouden microplastics invloed kunnen hebben op het microbioom via wijziging van de chemische omgeving ervan of door vervoer van werkzame stoffen die het bacteriële metabolisme ontregelen. “De studie toont aan dat microplastics een reëel effect hebben op het microbioom, onderstreept hij. De klinische betekenis daarvan moet nog worden bevestigd, maar veiligheidshalve zou het misschien toch goed zijn de blootstelling aan die partikels te verlagen.
Hier klikken om er meer over te vernemen.