Ziekte van Crohn: vernauwingen opsporen met een combinatie van een endoscopie en een MRI van de darmen

De auteurs hebben hun studie uitgevoerd bij patiënten met een ziekte van Crohn die tussen maart 2023 en december 2024 waren geopereerd wegens een darmstenose. Op grond van een pathologisch-anatomisch onderzoek van het operatiespecimen werden de stenosen geclassificeerd als inflammatoir, fibreus of gemengd. Voor de operatie werden bij alle patiënten een CT-scan, een MRI en een endoscopie van de darmen uitgevoerd. De vorsers hebben de klinische parameters, de serumbiomarkers en de beeldvormingsonderzoeken geanalyseerd om voorspellers van elk type stenose te achterhalen.

De vorsers hebben 39 patiënten met 40 stenosen (7 inflammatoire, 8 gemengde en 25 fibreuze) geëvalueerd. Met een CT-scan van de darmen werd 55,77% van de vernauwingen gedetecteerd en met een MRI van de darmen 61,54%. De diagnostische precisie bij het onderscheiden van de subtypes bedroeg 55,0% met een endoscopie, 53,8% met een CT-scan en 67,7% met een MRI. Inflammatoire vernauwingen konden beter worden gedetecteerd met een endoscopie (p = 0,007). De oppervlakte onder de curve voor detectie van gemengde stenosen was het grootst met een combinatie van endoscopie en MRI (AUC: 0,770; p = 0,020). De sensitiviteit was even goed en er was geen significant verschil in specificiteit in vergelijking met de andere combinaties. Een MRI was gevoeliger bij het detecteren van fibreuze vernauwingen (80,0%), maar de precisie ervan was beperkt (p = 0,072). De AUC (0,783, p = 0,003) en de specificiteit (p = 0,011) waren significant beter met een combinatie van endoscopie en MRI. Analyse van de laboratoriumonderzoeken wees op een negatieve correlatie tussen het albuminegehalte en inflammatoire stenosen. Een matig verhoogde SES-CD (Simple Endoscopic Score for Crohn’s Disease) correleerde met fibreuze vernauwingen.