De dagelijkse medische actualiteit voor Belgische artsen en apothekers.
Volgens een analyse van de European Social Survey uitgevoerd door het Brussels Institute for Social and Population Studies van de VUB is 21% van de Belgische werknemers minstens één keer per jaar niet naar de arts kunnen gaan wegens hun werk. Dat cijfer is hoger dan in de algemene bevolking (16,6%). Het werk blijkt dus directe invloed te hebben op de toegang tot de zorg.
17% van de werknemers heeft aangegeven dat ze hun post niet hebben kunnen verlaten. Andere verklaringen waren: lange wachtlijsten (35%), geen afspraak kunnen krijgen (29%), geen mogelijkheid tot behandeling dicht bij huis (8%) en financiële problemen (14%).
Dat was vooral een probleem bij werknemers in een zwakkere situatie, namelijk werknemers zonder diploma hoger onderwijs, werknemers met een laag inkomen en werknemers met weinig autonomie op het werk. Werknemers die niet bij een vakbond waren aangesloten, hebben 2,6-maal vaker aangegeven dat ze niet naar een arts waren kunnen gaan omdat ze niet konden wegblijven op hun werk.
Die ongelijke toegang werpt een schaduw op het preventieve gezondheidsbeleid en verhoogt het risico op ernstigere gezondheidsproblemen en absenteïsme (op lange termijn) met alle kosten van dien.
Het frequentste obstakel na een tekort aan zorgaanbod is dus dat werknemers soms verplicht zijn te gaan werken, ook als ze op spreekuur of voor een behandeling zouden moeten gaan. Dat is nog een groter probleem voor werknemers die hogere gezondheidsrisico’s lopen.
Hier klikken om er meer over te vernemen.