De dagelijkse medische actualiteit voor Belgische artsen en apothekers.
Erg gevoelig zijn voor bittere smaken is niet zomaar een gustatieve gril. Die gevoeligheid, die gerelateerd is aan het TAS2R38-genotype, zou invloed kunnen hebben op het eetgedrag en zou kunnen correleren met bepaalde aandoeningen.
TAS2R38 (taste receptor 2 member 38) is een receptor voor bittere smaken, die wordt gecodeerd door het TAS2R38-gen. Verschillende genotypes van dat gen correleren met het vermogen om bepaalde bittere stoffen te proeven die voorkomen in broccoli, pompelmoes en mierikswortel. Mensen die homozygoot zijn voor die allelen (“superproevers” genoemd), vinden die voedingsmiddelen bijzonder bitter en zullen ze dan ook mijden.
Voor hun studie zijn de vorsers uitgegaan van de gegevens van de UK Biobank (bijna 500 000 deelnemers). Ze hebben daarbij vastgesteld dat die mensen over het algemeen minder alcohol dronken en minder mierikswortel en pompelmoes aten en een voorkeur hadden voor voedingsmiddelen zoals komkommer, meloen en thee.
De gevolgen van dat smaakprofiel blijven niet beperkt tot wat er op het bord ligt. De vorsers hebben ook een correlatie gevonden tussen het TAS2R38-genotype en bepaalde ziektes en meer bepaald bipolaire stoornis en chronisch nierlijden. Een van de verklaringen daarvoor is een hogere gevoeligheid voor zout. Mensen die bittere smaken bijzonder goed proeven, doen wel minder zout in hun eten, maar voelen zich eigenaardig genoeg meer aangetrokken tot matig gezouten eetwaren. Dat zou over verloop van tijd kunnen uitmonden in een hogere natriumconsumptie.
Omgekeerd blijkt het gen de darmen te beschermen. Bij de proefpersonen met bepaalde varianten van het TAS2R38-gen zijn hogere hoeveelheden Parabacteroides gemeten, een bacterie in het microbioom die correleert met een betere gezondheid van het spijsverteringskanaal en minder ontsteking.
De mechanismen die ten grondslag liggen aan de correlatie met psychiatrische problemen, moeten nog worden opgehelderd. De studie leert alvast dat onze smaakvoorkeuren, die worden bepaald door genen die we hebben overgeërfd van onze voorouders, een bredere weerslag hebben dat wat we altijd hebben gedacht.
Referentie: hier klikken om er meer over te vernemen.