De dagelijkse medische actualiteit voor Belgische artsen en apothekers.
Stilaan wordt toch meer aandacht besteed aan de blaasproblemen die kunnen optreden bij de menopauze. Een grote studie heeft de correlatie tussen de menopauzale toestand, het gebruik van hormonen en de gezondheid van de blaas onderzocht. De realiteit blijkt complexer te zijn dan wat vaak wordt gedacht.
De studie is uitgevoerd bij meer dan 3000 pre-, peri- of postmenopauzale vrouwen. De symptomen van de lage urinewegen (urineweginfectie, last aan de blaas) verergerden met de leeftijd en met de duur van de postmenopauze. Dat ging gepaard met een verlies van tonus van de perineale weefsels, een daling van de plaatselijke immuniteit en wijzigingen van de urinaire microbiota. Al die factoren hebben negatieve invloed op de gezondheid van het urogenitale stelsel.
De vorsers hebben ook de rol van een hormoontherapie onderzocht. Een plaatselijke behandeling met oestrogenen in lage dosering bleek een aantal symptomen te verbeteren, meer bepaald urineweginfecties en droge vagina, maar een systemische hormoontherapie correleerde met een hoger risico op urine-incontinentie bij de postmenopauzale vrouwen. Een interessante vaststelling is dat premenopauzale vrouwen het vaakst hormonen innamen, maar weinig klaagden van blaasproblemen. Peri- en postmenopauzale vrouwen gebruikten minder vaak hormonen, maar bij die vrouwen correleerde de hormoontherapie met een slechtere gezondheid van de blaas.
Postmenopauzale vrouwen hebben vaak last van opvliegers, slaapproblemen en droge vagina, waardoor problemen van de lage urinewegen wat naar de achtergrond verdwijnen. Nochtans hebben die belangrijke invloed op de levenskwaliteit en de seksuele gezondheid. Bij gebrek aan informatie en specifieke opleiding blijken noch de vrouwen zelf noch de gezondheidswerkers die problemen aan te snijden.
Hier klikken om er meer over te vernemen.