Nachtlicht, een nieuwe cardiovasculaire risicofactor

De vorsers hebben hun studie uitgevoerd bij 88 905 volwassenen van 40 jaar of ouder die waren geregistreerd in de UK Biobank en die ze gedurende 9,5 jaar hebben gevolgd. De blootstelling aan licht werd gedurende een week gemeten met polssensoren. In het totaal ging het om bijna 13 miljoen uur gegevens. De vorsers hebben die metingen dan gecorreleerd met de incidentie van hart- en vaataandoeningen (coronairlijden, myocardinfarct, hartfalen, atriumfibrillatie en CVA).

De mensen die het meest aan nachtlicht werden blootgesteld (percentiel 91-100), liepen een 32% hoger risico op coronairlijden, een 47% hoger risico op myocardinfarct, een 56% hoger risico op hartfalen, een 32% hoger risico op atriumfibrillatie en een 28% hoger risico op CVA dan de mensen die in het donker sliepen. De correlaties bleven significant na correctie voor de belangrijkste cardiovasculaire risicofactoren waaronder lichaamsbeweging, roken, de voeding, de slaaptijd, het sociaaleconomische niveau en de genetische vatbaarheid.

Vrouwen en jongere mensen bleken bijzonder vatbaar te zijn en bij hen hebben de vorsers vooral een sterkere correlatie vastgesteld tussen nachtelijke blootstelling aan licht en het risico op hartfalen en atriumfibrillatie.

Volgens de auteurs verstoort kunstmatig licht ‘s nachts de circadiaanse ritmes, wat het metabolisme en het hart- en vaatstelsel zou kunnen ontregelen. Ze opperen dan ook dat minder blootstelling aan licht ‘s nachts een eenvoudige en doeltreffende maatregel zou kunnen zijn in de preventie van hart- en vaataandoeningen.