’s Nachts eten is niet goed voor het glucosemetabolisme, zelfs als je niet te veel calorieën inneemt

In een recente studie bij volwassen tweelingen hebben vorsers vastgesteld dat laat eten, laat volgens de interne klok, correleerde met een minder goede regeling van het glucosemetabolisme. Bij de proefpersonen die de grootste hoeveelheid calorieën aten laat in de circadiaanse cyclus, was de insulinegevoeligheid verminderd.

Bij analyse van de eetgewoontes en het metabolisme van 92 proefpersonen hebben de vorsers een duidelijke correlatie vastgesteld tussen een laat ‘caloric midpoint’ (gedefinieerd als het uur waarop 50% van de dagelijkse hoeveelheid calorieën werd ingenomen) en afwijkingen van het glucosemetabolisme: hogere nuchtere insulinespiegel, hogere HOMA-IR en verminderde insulinegevoeligheid. Die correlaties bleven overeind na correctie voor de leeftijd, het geslacht, de totale calorie-inname en de slaap.

De proefpersonen met een laat ‘caloric midpoint’ hadden ook een hogere BMI en een grotere middelomtrek. De vorsers hebben voorts vastgesteld dat die eetgewoontes ten dele beïnvloed werden door genetische factoren en sterk samenhingen met de interne biologische klok.

Volgens die resultaten zou een verschuiving van de timing van inname van de grootste hoeveelheid calorieën naar een vroeger tijdstip binnen de circadiaanse cyclus het glucosemetabolisme kunnen verbeteren.