Staphylococcus aureus verergert dystrofische epidermolysis bullosa bij kinderen

Het hôpital Necker-Enfants malades AP-HP, het institut Imagine, het Inserm, het CNRS en de Université Paris Cité hebben in Science Translational Medicine een studie gepubliceerd die aantoont dat bepaalde stammen van Staphylococcus aureus, die worden aangetroffen bij die kinderen, directe invloed hebben op de ernst van de ziekte.

De vorsers hebben hun studie uitgevoerd bij 15 kinderen met een recessieve dystrofische epidermolysis bullosa (10 kinderen met een ernstige ziekte en 5 met een matig ernstige) en 18 controlekinderen zonder huidziekte. Ze hebben de bacteriën afgenomen in wonden, de immuuncellen, de ontstekingseiwitten in het bloed en de reactie van de immuuncellen in contact met die bacteriën geanalyseerd.

Bij de kinderen met een ernstige epidermolysis bullosa hebben de vorsers het volgende waargenomen:

• een uitgesproken inflammatoir syndroom met hoge plasmaconcentraties van pro-inflammatoire stoffen, alsof het lichaam voortdurend in verdediging was;
• agressievere stammen van Staphylococcus aureus, die een sterkere immunologische reactie opwekten dan de stammen gevonden bij de kinderen met een matig ernstige ziekte.

Dat wijst erop dat de ernst van de ziekte niet alleen afhangt van de genetische kenmerken van het kind, maar ook van de bacteriële stam die de huid koloniseert. Dat kan ons op het spoor zetten van een behandeling op maat gebaseerd op de stafylokokkenstammen die op de huid worden teruggevonden, en van markers in het bloed om de evolutie van de ziekte beter te kunnen volgen en om zo niet stelselmatig een biopsie te hoeven uit te voeren.