De dagelijkse medische actualiteit voor Belgische artsen en apothekers.
In een Amerikaanse studie bij meer dan 4300 65-plussers correleerde een gewichtsverandering met meer dan 5% met een snellere achteruitgang van de cognitieve functies.
Vorsers van de Pennsylvania State University hebben de gegevens van 4304 deelnemers aan de National Health and Aging Trends Study doorgenomen over een periode van elf jaar. Ze hebben daarbij gekeken naar het gewicht, de body mass index, de middelomtrek, het geheugen, de oriëntatie en de executieve functies.
De studie is gepubliceerd in het tijdschrift Obesity. De vorsers hebben vastgesteld dat de cognitieve functies sneller aftakelden als het gewicht van jaar tot jaar sterker schommelde. De cognitieve functies waren het minst verminderd bij de deelnemers van wie het gewicht het stabielst was gebleven. Bij de deelnemers met grotere gewichtsveranderingen waren de cognitieve functies twee- tot viermaal sneller achteruitgegaan.
Een vermagering met minstens 5% en herhaalde cycli van vermageren en weer aankomen met meer dan 5% correleerden ook met een snellere aftakeling van de cognitieve functies. Een gewichtstoename alleen correleerde niet met een achteruitgang van de cognitieve functies, maar bood er ook geen bescherming tegen.
“Obesitas op middelbare leeftijd is een bekende risicofactor voor de cognitieve gezondheid later, maar op het einde van het leven wordt de relatie complexer”, legt Muzi Na, hoofdonderzoekster, uit. Zij denkt dat de gelijktijdige verandering van de spiermassa en de hoeveelheid vetweefsel die paradox zou kunnen verklaren.
De groep raadt aan het gewicht thuis regelmatig te meten, altijd in dezelfde omstandigheden (bijvoorbeeld ’s morgens, nuchter, met dezelfde kledij) om significante veranderingen tijdig te herkennen. Die informatie kan helpen om de gezondheid van de hersenen van ouderen te beschermen.
Hier klikken om er meer over te vernemen.
