De dagelijkse medische actualiteit voor Belgische artsen en apothekers.
Colonkanker is een van de belangrijkste oorzaken van kankersterfte. Jaarlijks wordt wereldwijd bij bijna 2 miljoen mensen een diagnose van colonkanker gesteld. De behandeling bestaat onder andere in chemotherapie, maar die wordt mettertijd alsmaar minder actief doordat de tumorcellen er resistent tegen worden.
De vorsers hebben de lipiden van tumorcellen van vier patiënten met colonkanker geanalyseerd. Een deel van die cellen werd behandeld met het klassieke FOLFOXIRI-schema gedurende 60 weken, de tijd nodig om eenzelfde resistentie te ontwikkelen als in de kliniek. Bij vergelijking van de behandelde en de niet-behandelde cellen werden specifieke afwijkingen in de vetsamenstelling van de resistente cellen waargenomen.
Die afwijkingen verschilden naargelang van het genetische profiel van de patiënten. In sommige cellijnen correleerde de resistentie met een toename van de hoeveelheid triglyceriden en cholesterolesters en in andere met een toename van de hoeveelheid fosfolipiden. Die verschillen verklaren waarom de werkzaamheid van de behandeling verschilt van de ene patiënt tot de andere.
De vorsers zijn tot die conclusie gekomen met een combinatie van vloeibare chromatografie, massaspectrometrie en een algoritme dat speciaal is ontworpen om veranderingen van het lipidenprofiel te analyseren. Met dat model hebben ze de grote hoeveelheid gegevens goed kunnen verwerken en hebben ze zo markers van therapieresistentie ontdekt.
Die ontdekkingen kunnen ons op het spoor zetten van een behandeling op maat, maar ze moeten nog in de kliniek worden bevestigd. De vorsers gaan nu die lipidensignaturen bepalen op tumorstalen rechtstreeks afgenomen bij patiënten om na te gaan of ze een prognostische waarde hebben en of ze zouden kunnen worden gebruikt als therapeutische targets.
Hier klikken om er meer over te vernemen.