De dagelijkse medische actualiteit voor Belgische artsen en apothekers.
“Een bewering die je vaak hoort in discussies over loonsverhogingen voor artsen is dat arts zijn een roeping is”, zo zegt intensivist dr. Matt Morgan in de BMJ.
“Jonge artsen in het Verenigd Koninkrijk zijn onlangs gaan staken in een poging om hetzelfde betaald te krijgen als werknemers in broodjeszaken, en de tegenstanders hebben de bekende spelregels die de regeringen in het verleden hebben gebruikt, weer opgedist. Voor wie echt geïnteresseerd is in de waarheid en in de oplossing van het geschil, moeten alle argumenten over het relatieve loon van artsen, inflatie, levenslange inkomsten, pensioenen en internationale vergelijkingen snel in de prullenbak. Dan blijft alleen de politieke keuze over waar de eindige middelen naartoe moeten. En dat is waar het eigenlijke debat, de moeilijke beslissingen, de discussie en hopelijk de oplossing zouden moeten liggen.
Maar één bewering die vaak tegen artsen wordt gebruikt, kan aanvoelen als een ongemakkelijke waarheid. Wanneer andere argumenten zijn uitgeput, zeggen cynici dat "dokter zijn een roeping is, een voorrecht" en dat "roeping niets te maken heeft met loon". Hebben ze gelijk? Of is roeping dood?
Sommigen zeggen: opgeruimd staat netjes. Waarom zou een gezondheidsstelsel gevoed moeten worden door schuldgevoelens, eindeloze plichten en opoffering in plaats van door veilige werkomstandigheden, eerlijke beloning en een patiëntgerichte reorganisatie? Sommigen zeggen dat ze vooral komen werken om betaald te worden. Dat het in feite gewoon een baan is. En voor die mensen is deze visie misschien een tegengif tegen burn-out - je kunt niet burn-out raken als er geen brandstof in je vuur zit. Maar ik kijk er anders tegenaan.
Voor mij is loon een vereiste, maar geenszins voldoende. Ik zou liever "inbranden" door te geloven dat ik een verschil heb gemaakt, die extra mijl heb afgelegd, en aan iets heb gewerkt dat meer is dan alleen maar een baan. Ik heb een roeping en niet alleen een functie. Maar dat weerhoudt me er niet van om af en toe "Nee!" te roepen. Ik kan nog steeds zeggen dat genoeg genoeg is. Ik kan nog steeds mijn waarde, en die van mijn collega's, voorop stellen wanneer dat nodig is. In feite moet ik, en wij allemaal, dat doen.
Want een roeping hebben gaat niet alleen over nu. Het gaat om de toekomst, om ervoor te zorgen dat er iets is waartoe anderen geroepen worden. Een beroep dat kan blijven zorgen voor patiënten en hun familie. Niet een gewoon functioneel beroep dat door schuldgevoelens, plichtsbesef en opofferingsgezindheid bleef strompelen tot het met zijn gezicht in het vuur viel.
Roepingen zijn niet dood, maar ze worden gewurgd. Vragen om rechtvaardigheid, salarisherstel, betere voorwaarden, of op zijn minst onderhandelingen, maar toch alleen maar stakingsacties kunnen voeren, is geen bewijs dat roeping dood is. Dit is het bewijs dat het nog steeds leeft.”
https://www.bmj.com/content/381/bmj.p974
Arts sinds 49 jaar, blijf ik enthousiast mijn beroep beoefenen weliswaar op een lager pitje. Arts zijn is een roeping maar niet in de
"godsdienstige betekenis" ttz geroepen door "god". Het is wel een roeping als men de taak op zich wil nemen van de zorg voor zijn medemens tot in de moeilijkste omstandigheden nl de dood. Van geboorte tot het einde. Om dit te kunnen volbrengen moet de arts kunnen leven in normale omstandigheden dwz zonder belastende zorgen oa omtrent het onderhouden van zichzelf en zijn gezin en in het volstrekste wederzijds respect. Dus verloning -een correcte- ja , loon indien gewenst, puur geldgewin niet. Arts zijn is voor het leven en 24/7. Het vraagt empathie en veel zelfopoffering maar vereist ook dankbaarheid en erkenning.