De dagelijkse medische actualiteit voor Belgische artsen en apothekers.
Volgens een studie die is verschenen in EMBO Molecular Medicine, zijn in het bloed grote verschillen te zien tussen patiënten met een myalgische encefalomyelitis/chronischevermoeidheidssyndroom en gezonde mensen. Dat is de grootste laboratoriumanalyse die ooit is uitgevoerd bij patiënten met dat syndroom, waarvoor er nog altijd geen betrouwbare diagnostische marker bestaat.
Vorsers van de Universiteit van Edinburgh hebben uitgaande van de gegevens van de UK Biobank 1455 patiënten met een chronischevermoeidheidssyndroom vergeleken met meer dan 131 000 controlepersonen. Ze hebben meer dan 3000 biomarkers in het bloed onderzocht met gevorderde statistische modellen gebaseerd op de leeftijd, het geslacht en de mate van lichaamsbeweging. Ze hebben diezelfde oefening vervolgens herhaald met gegevens afkomstig uit de Verenigde Staten.
De vorsers hebben coherente laboratoriumafwijkingen vastgesteld, die samenhangen met chronische ontsteking, insulineresistentie en markers van leverlijden. Voor 116 biomarkers hebben ze significante verschillen vastgesteld zowel bij mannen als bij vrouwen, wat de observaties kracht bijzet. De grootste afwijkingen werden waargenomen bij de patiënten met een malaise na inspanning, een belangrijk symptoom van dat ziektebeeld.
Die verschillen kunnen niet worden verklaard door het sedentaire gedrag van de patiënten in tegenstelling tot wat sommige hypothesen stellen. De studie reikt dus stevige gegevens aan die het idee tegenspreken dat het chronischevermoeidheidssyndroom een psychosomatische aandoening zou zijn of te wijten zou zijn aan fysieke deconditionering.
Hier klikken om er meer over te vernemen.
