De dagelijkse medische actualiteit voor Belgische artsen en apothekers.
Microalbuminurie, gedefinieerd als een kleine hoeveelheid albumine in de urine, is een risicomarker van hart- en vaataandoeningen en een voorspeller van verergering van een nierziekte. Microalbuminurie wordt echter te weinig opgespoord.
Hoe microalbuminurie opsporen? De betrouwbaarste methode is meting op een 24 uursurinecollectie. Voor patiënten is het echter niet altijd gemakkelijk hun urine precies gedurende 24 uur bij te houden. Je kan ook de albumine-creatinineverhouding meten op een nuchter urinestaal. Een verhouding van 30-300 mg/g wijst op microalbuminurie. Een microalbuminurie moet je altijd controleren omdat die door allerhande parameters kan worden beïnvloed zoals zware lichaamsbeweging de dag voordien, koorts en een urineweginfectie.
De prognostische waarde van albuminurie is historisch voor het eerst aangetoond bij type 1-diabetes. In de jaren tachtig heeft een groep vorsers uit Londen bij type 1-diabetespatiënten die gedurende een vijftiental jaar werden gevolgd, aangetoond dat microalbuminurie correleerde met een hoger risico op nierlijden.
In de UKPDS 64 (United Kingdom Prospective Diabetes Study 64) werden meer dan 5000 patiënten met type 2-diabetes gedurende 20 jaar gevolgd. Na het stellen van een diagnose van diabetes heeft jaarlijks 2,0% van de patiënten microalbuminurie ontwikkeld en bedroeg de incidentie van verergering van microalbuminurie naar macroalbuminurie 2,8% per jaar. In die studie is ook een correlatie vastgesteld tussen microalbuminurie en een hoger overlijdensrisico.
Opsporing van microalbuminurie is belangrijk. Microalbuminurie is een marker van endotheeldisfunctie en correleert met een hogere cardiovasculaire morbiditeit en mortaliteit, vooral, maar niet alleen in hoogrisicopopulaties zoals diabetespatiënten en patiënten met hypertensie. Je zou de albumine-creatinineverhouding in de urine minstens één keer per jaar moeten meten. Als je albumine in de urine vindt, moet de patiënt eerst niet-farmacologische maatregelen volgen. Als dat niet volstaat, moet je medicatie voorschrijven.
Naar een presentatie van prof. Jean-Marie Krzesinski (CHU Liège). Cardioscopie 2024.